Clichécultuur

Na Daniël Richter en Matthias Weischer in het Haagse gemeentemuseum weer een belangrijke Duitse schilder. Sven Kroner schildert een Duitse wereld met universele lading

Frits de Coninck

Hoe psychologisch kan een kunstenaar zijn? In het werk van schilder Sven Kroner, die zijn Nederlandse museale solodebuut in maakt in het gemeentemuseum Helmond, zijn tal van sensaties te beleven die wij allemaal kennen. Angst, spot, genoegzaamheid, afkeer, rust, bezinning, dreiging, eenzaamheid, hilariteit. En in zijn beste doeken zit het allemaal tegelijk. Elk schilderij is een uitbarsting van schilderkunstig geweld en een menselijke boodschap waaraan niet te ontkomen valt. Elk schilderij is de drager van een idee. Kroners taferelen zijn fascinerend, omdat ze ons een grote spiegel voorhouden èn omdat ze ongelooflijk vaardig en dynamisch geschilderd zijn.

Alles wat hij schildert heeft een lading, heeft bezieling. Of het nou de enerverende luchten zijn, de dreigend groene bossen, het beweeglijke water, het valse kunstlicht, de sporen in de sneeuw of de goedkope uitingen van onze massacultuur. Kroner kent onze wereld door en door, en dat moet ook wel als je wilt ironiseren of misschien zelfs wilt aanklagen. Je moet er met een half been in staan om het te weten. Alleen wat echt gezien is, kun je zo schilderen.

Eigenlijk zijn het vooral clichés die hij schildert, en soms nog typisch Duits ook. Een Biergarten met feestlampjes waar een paar gasten aan lange tafels vreugdeloos pils zitten weg te werken, de schlagers bedenken we er zelf wel bij. Een kampvuur voor de moderne campinggast. Twee bermtoeristen zonnebadend naast de auto. Toeristen die al etend uitzien op een skihelling. Vier jongens met zeven kratten bier. Hutten in een lieflijk berglandschap of besneeuwde huizen in het maanlicht — overbekende vormen van ansichtkaartenromantiek en niet exclusief Duits.

Kroner is een scherp waarnemer van onze welvaartscultuur die geen cliché schuwt en waarin zo weinig dingen nog authentiek zijn. Het mooiste voorbeeld daarvan is Down by the river uit 2004. Het doek is een van de heel grote schilderijen op de tentoonstelling: 210 bij 250 cm. Het toont vier mensen bij de rivier, zittend op wat stenen of pootjebadend in het water. De voorstelling is tijdloos, eindeloos. Er heerst een ontspannen rust, het water stroomt zacht, de wereld eromheen is geschilderd in ontelbare graden groen. Dit lijkt een vredig tafereel dat enigszins doet denken aan het klassieke Déjeuner sur l’herbe van Manet, een scène van geordende stilte in schilderkunstige opwinding. In deze arcadische schoonheid kun je geloven net zo lang tot je de tweede werkelijkheid daarboven herkent. De onderkant van een reusachtige Autobahn waarvan je de twee pijlers ziet aan de overkant van het water. Je neemt het pas in tweede instantie waar omdat het harde beton de schutkleur heeft van de groene omgeving. En groen, dat garandeert veiligheid. Maar zoals in bijna alle beelden van Kroner is dit een drogbeeld. Als je weet wat je hier ziet, kun je niet meer kijken zonder het geraas van de auto’s te horen, de stank te ruiken, het onophoudende trillen van de brugconstructie te voelen.

In de schildering van berglandschappen doet Kroner vaak denken aan het grote voorbeeld van de Duitse romantische schilderkunst uit de 19de eeuw: Caspar David Friedrich. Een zelfde weidse, grote wereld, een zelfde kleine, nietige mens. En net als bij Friedrich staat er een wandelaar vooraan in het beeld en kijkt achterom, om de oneindigheid van het alpenlandschap te versterken, alsof hij het oog van de beschouwer die wereld in wil leiden waarvan nog onbekend heil te verwachten is. Maar er is een kardinaal verschil. Bij Friedrich voel je een spirituele lading, een suggestie van het onzichtbare. Kroner beperkt zich tot de wereld van vandaag en geeft daar een kritische lading aan. Een ironische ook, als je de verwijzing naar Friedrich in de beschouwing wilt betrekken. Hij lijkt zijn voorbeeld te hebben gekozen om het tegendeel te willen versterken. Want Kroner is niet religieus of spiritueel. Hij schetst de wereld van vandaag, het hier en nu en daar valt een hele hoop over te vertellen.

En te lachen. Om de schilderijen van pissende mannen bij voorbeeld. Vier mannen naast elkaar in het pissoir en Kroner schildert precies wat mannen in die menselijke situatie dan doen. Achteloos wegkijken of juist elkaar begluren, de kracht van de eigen straal meten of de prestatie van de buurman schatten. Je hoort ze bij wijze van spreken een toevallig deuntje neuriën, alles even achteloos en vooral quasi. Alsof alleen de buurman hoge nood heeft. En na gedane zaken wordt met die typische bewegingen de broek opgehesen en veilig dichtgeknoopt.

Sven Kroner - Like a hurricane, tentoongesteld in het Helmonds Gemeentemuseum

Gepubliceerd in Het Financieele Dagblad, bijlage Persoonlijk, 2 februari 2008




Terug naar overzicht