Zo breed als de stam lang is

Met de stad zoals die eruit ziet, is iets bijzonders aan de hand. Je zou dat een anachronisme kunnen noemen. De architectuur van de stedelijke omgeving ziet eruit zoals wij dat graag willen. Helemaal van deze tijd maar net zo makkelijk ook van het begin van de 18e eeuw. De buitenkant verandert naar de eisen van de tijd en naar de modes. Maar achter die façade zit een techniek verborgen die veel ouder is. Een constructietechniek die kennelijk veel beter tegen de tijd bestand is dan de façade. Het hout waar sinds mensenheugenis het geraamte van werd geconstrueerd mag dan van staal en beton zijn geworden, aan het wezen van de constructie is weinig veranderd.

Olaf Holzapfel zag bij zijn bezoek aan Middelburg in de Oostkerk de bijzondere balkconstructie en besloot dat die het uitgangspunt zou zijn voor zijn bijdrage aan Façade 2012. Het beeld dat hij nu toont, is een pure constructie en daarmee de abstractie van een gebouw. Het maakt zichtbaar wat wij normaal gesproken nooit kunnen zien. Het idee van het dragen bij voorbeeld, de ruimtelijkheid, of door de massiviteit van het hout de notie van het gewicht. Het beeld toont in de kern het verband dat in staat is een heel gebouw bij elkaar te houden en de stevigheid te verlenen die storm kan doorstaan. Holzapfel laat ook het vakmanschap zien. Wat ooit alleen de hand deed, is nu goeddeels overgenomen door de machine. Maar toch, aan het bouwwerk is in essentie niet zo veel veranderd.

Holzapfels constructie is een autonoom kunstwerk. De constructie is losgemaakt van het bouwsel waar ze integraal deel van is. Dit beeld is een pars pro toto dat in zijn abstracte eenvoud het beeld oproept van het universele bouwwerk. En zo staat het, los in de ruimte. Het is een zelfstandig beeld dat ruimte vraagt en ruimte geeft, een beeld waar je omheen kunt lopen. Zo wordt de ziel van een gebouw aanraakbaar.

Alles aan het beeld is hout. Juist door het hout wordt ook de tijd waarneembaar. Hout geeft gemakkelijk zijn ouderdom prijs en verbindt zo het heden waarin het nog steeds functioneert met een lang verleden tijd waarin het werd bewerkt tot een constructie. Maar met het verglijden van die tijd is kennis verloren gegaan van de bewerking van het hout. Zagen, verbinden, construeren: zoals ooit het geraamte werd gemaakt voor een kerk of een vakwerkhuis bijvoorbeeld, zo bouwt niemand meer.

Het beeld is ambachtelijk, fragiel, verstild, esthetisch. En niet te vergeten: menselijk. Want een constructie van hout verhoudt zich meer tot de menselijke maat en de reikwijdte dan welk eigentijds materiaal ook. Hoe hoog, hoe breed kun je bouwen? Bij de bouw van de romaanse kerkjes in de vroege Middeleeuwen was het antwoord helder. De kerk kon net zo breed zijn als een boomstam lang. Dat was de maat, die nog steeds heel dicht bij de mens staat. En toen men bedacht dat twee stammen via een simpele ingreep verbonden konden worden, kon de ruimte twee keer zo breed. Zo waren materiaal, constructie en ruimtelijkheid volkomen met elkaar in balans. Dat is ook de balans in het beeld van Olaf Holzapfel, in abstracto.

En in zijn concrete verschijning ziet het eruit als een object dat je zo kunt oppakken en meenemen, als een nomadisch beeld dat zich overal waar mensen wonen thuis voelt.

www.olafholzapfel.de

Gepubliceerd in catalogus Façade 2012, Middelburg




Terug naar overzicht