De loden last van de hitte

Met Picasso wordt hij al vergeleken. En niet alleen omdat hij ook uit Spanje afkomstig is. Hij is virtuoos, werkt snel en bezeten en is trefzeker. Een schitterend schilder: Miquel Barcelo, 36 jaar nog maar en afkomstig uit Mallorca. Begin jaren '80 zag Rudy Fuchs, directeur van het Stedelijk in Amsterdam, werk van hem in Madrid en herkende meteen de grote kwaliteit. Hij presenteerde wat toen het "wonderkind" genoemd werd op Documenta VII in Kassel en dat betekende de internationale doorbraak. Amper 25 jaar was Miquel Barcelo toen. Nu is hij de ster in het kunstcircuit van New York tot Tokio en zoekt hij regelmatig te ontkomen aan de hectiek die daar onontkoombaar bij schijnt te horen. Om niet voortdurend op de nek gezeten te worden door begerige kunsthandelaren en collectioneurs reist hij tussen zijn ateliers heen en weer, met zijn Nederlandse vrouw en kind. Hij wil schilderen, die zee aan beelden die hij overal vandaan heeft en die in zijn hoofd opgeslagen liggen vast leggen op papier of doek. Hij heeft een atelier (en een groot stuk land) op Mallorca, in Parijs en in Segou, een plaats in het Westafrikaanse Mali. In 1988 heeft hij een maandenlange reis gemaakt door Mali, opgejaagd door het succes in Europa en op zoek naar rust en authenticiteit. Die vond hij aan deze flank van de Sahel, Mali, een land waar hij ook thuis is en welks taal hij spreekt. Honderden werken op papier heeft deze reis opgeleverd en een selectie daarvan wordt op het ogenblik tentoongesteld in de Kunsthal in Rotterdam. "Gouaches van Mali" heet de tentoonstelling en, inderdaad, niet "uit Mali".Want Barcelo heeft daar niet als toeschouwer gewerkt maar als betrokkene bij het land en bij de mensen. Hij is doorgedrongen in het land en in de atmosfeer. Hij schildert de lege wereld van Mali, dat gortdroge land waar een handjevol mensen zich een schamel bestaan bevecht. Zandstormen en een constante temperatuur van 50 graden Celsius, die extreme omstandigheden troffen dus ook de schilder. De waterverf verdampte op de kwast, nog voor de verf goed en wel het papier bereikt had. Dat dwingt tot heel snel en trefzeker werken en vraagt bijgevolg een perfecte beheersing van techniek. Barcelo schildert een land in beelden die schetsmatig zijn en tegelijkertijd de ziel raken. Boten op die smalle modderstroom die Niger heet, wat geiten bij een kale boom, een ezel, een herder, vissers, ploeterende boeren, een kameel, riet, tenten, slagschaduwen in de woestijn. Dat zijn de terugkerende voorstellingen in zijn werk, maar wat alles samenbrengt in zijn werk is vooral die enorme hitte die alles doordringt. Dat is wat hij eigenlijk schildert, de verzengende hitte. Barcelo maakt de hitte zichtbaar, ook in een expositieruimte in het koude Rotterdam op een dag dat het onafgebroken regent. Hij verbindt de zinderende hitte met het kale, lege land en maakt dat tot een dikke nevel die mens en dier tot schimmen maakt. Want zo figureren de levenden in zijn gouaches. Altijd herkenbaar, maar teruggebracht tot de meest kenmerkende gestalte, een teken in de ruimte. Zijn techniek is virtuoos, en op dat gebied zou je hem inderdaad kunnen vergelijken met Picasso. Waar de grote meester, bij voorbeeld, aan een kiezel genoeg had om die met een paar rake krassen om te toveren tot een mensenkop, zo maar even tussendoor, zo zet de jonge god met wat verf en snelle handbewegingen een beeld vast op papier. En heeft hij de essentie geraakt van een wereld. Zelfs een kwast heeft hij er niet eens bij nodig: Barcelo schildert ook met de vingertop. Het levert een heel fysiek resultaat op. Op al zijn gouaches zijn door de soms brede streken de bewegingen van de hand zichtbaar, je ziet als het ware het beeld ontstaan. Barcelo past zich bijna lichamelijk aan zijn schilderij aan: "Ik werk met het doek op de grond, op zo'n manier dat ik niet meer weet wat noord en zuid is, en loop om en in het schilderij als een soort draaikolk." Een manier van werken die hij naar eigen zeggen rechtstreeks overgenomen heeft van de Amerikaan Jackson Pollock die hij erg bewondert. Pollock was de man van de action painting. Alle handelingen nodig om tot een schilderij te komen moesten zo direct mogelijk zichtbaar zijn op het doek. Het beeld was niet meer het gevolg van handelingen, het beeld was de handeling. Het verschil met Pollock is dat bij Barcelo de voorstelling altijd figuratief blijft. Maar ook Barcelo zal de afstand tussen oog en hand zo klein mogelijk houden. Dat levert een heel zintuiglijke wereld op die niet door rationalisaties wordt beïnvloed. Die intense aardkleuren met dat borstelige aanzien versterken die louter fysieke atmosfeer. Als men de doeken die hij elf jaar geleden op de Documenta in Kassel toonde, vergelijkt met dit werk, dan wordt zichtbaar dat stijl voor hem een experiment is dat altijd voort duurt. En ook dat zie je bij Picasso. Voor de grote kunstenaar is stijl een contradictie. Een manier van verbeelding die steeds verandert naarmate het onderwerp verandert. Niks geen vastigheid, niks geen zekerheid. Voor Miquel Barcelo schilder je de wereld van Mali anders dan die van Europa. Niet alleen naar onderwerp, maar ook naar techniek. Stijl is voor hem de metamorfose van materiaal in beeld, via de handeling. Bij die wereld hoort dat materiaal en die techniek om tot dat beeld te geraken. Dat is stijl, en achter die beweging schildert de schilder zich zelf weg en laat het beeld spreken. Bij Barcelo oogt beeldende kunst zo eenvoudig, en is het eigenlijk ook. Omdat het werk zelf het verhaal vertelt, subjectief en betrokken, en duidelijk zonder theorieën kan. Gouaches van Mali, het blijft hoe dan ook toch Afrika gezien door de ogen van de westerling. Ook al is dat dan een Spanjaard die geboren is op Mallorca, tussen Afrika en Europa in en aan beide werelden schatplichtig. Interessant is natuurlijk het verschil in beleven en dus in kijken. Waar de Afrikaan in zijn bedoeling de wereld in beelden vast te leggen vooral oog zou hebben voor het ongeziene, de magie en de symboliek, het rijk van de geesten, daar schildert Barcelo de zichtbare en fysieke wereld. En wat alleen maar voelbaar is, maakt hij dan zichtbaar. Hij is hongerig naar beelden die voor hem van levensbelang zijn. Geen detail is onbelangrijk. In de wereld van Mali waar niks wordt weggegooid, waar dus alles waarde heeft, zijn ook de beelden kostbaar. Barcelo slaat ze op in zijn visuele en mentale geheugen. En tovert ze met zo weinig mogelijk omhaal tevoorschijn op papier.

Gepubliceerd in BN/De Stem, 1993




Terug naar overzicht